De Australian Labradoodle is een geweldige hond met zijn vriendelijke karakter, grappige uiterlijk en zijn allergievriendelijke eigenschappen. Doodles zijn atletisch en soepel, met heel veel haar en met zachte en vriendelijke ogen. Een Labradoodle pup neem je in huis met hart en ziel.

Een Australian Labradoodle is een slimme hond die graag leert, zowel juiste als ondeugende dingen. Hij doet heel graag dingen samen met zijn baas en is daar graag bij in de buurt. Hij is zeer gevoelig en zeker als hij jong is kunnen heel veel prikkels soms te veel worden. Een kalme en consequente opvoeding met heel veel liefde en geduld maken hem echter al snel tot een maatje voor het leven. Mijn credo bij de opvoeding van een labradoodlepup “hoe meer je ze laat, hoe beter het gaat” mag iedere nieuwe eigenaar van een labradoodlepup op de koelkast plakken.
Het is zeer belangrijk dat een doodlebaas houdt van het kappersvak. Die heerlijke vacht vraagt echt veel onderhoud. Borstelen is een zeer noodzakelijke activiteit en een trimbeurt is minimaal iedere drie maanden nodig. Het is ook een misverstand om te denken dat een Doodle borstelen en trimmen vanzelf fijne activiteiten vindt. Nee, de kersverse baas van een schattige labradoodlepup moet juist daar in het begin veel energie in steken en niet denken dat die schattige zachte puppyhaartjes echt nog niet gekamd hoeven te worden.
Voor verder informatie over de drie formaten waarin de Labradoodle voorkomt en de mogelijke kleuren en vachtsoorten verwijs ik graag naar de website van de ALAEU. Dit is de rasvereniging waar ik bij ben aangesloten. Bij Citydoodles fok ik vooral het medium formaat Labradoodle, simpel omdat ik dat zelf het meest ideale formaat vind.
